
In de kleine kasten bovenop de houten platen zijn reservevolkjes gehuisvest, met een nieuw moertje uit zomer 2024. Nu het voorjaar is begonnen, proberen we de volken een grote kast ‘in te laten groeien’.
De kleine kasten zijn van het formaat Miniplus. In iedere kamer, bij dit type vaak ‘randje’ genoemd, hangen zes kleine ramen. Op twee randjes, twaalf ramen zijn deze drie volken prima de winter uitgekomen, en nu is het tijd om uit te dijen. Dat kan inderdaad door randjes te blijven stapelen, tot een toren van wel zes verdiepingen hoog, maar we wonen niet voor niks naast wat hier in Ouddorp het waaigat heet: die torens gaan om.
In de onderste kast hangen zes grote broedkamerramen, formaat spaarkast. In de zesramers hangen per kast twee ramen vol met honing, twee uitgebouwde ramen en twee ramen met kunstraat.
In de houten plaat hebben we een gat van 21 bij 21 cm gezaagd. Om bij de uitgang te komen moeten de bijen nu via de zesramer. Verwachting is dat de koninginnen binnen een paar weken naar beneden verhuizen, want daar is veel meer ruimte om eitjes te leggen. Dan gaat er een moerrooster tussen Miniplus en zesramer en wachten we tot al het broed in de Miniplus is uitgelopen. Daarna gaat de Miniplus er vanaf.
Als de zesramer vol bijen zit, verhuizen we de zes ramen naar een tienraamskast, onze standaard spaarkast. Met enig geluk halen de volken dan nog in juli de lindehoning binnen.